Ex Jehova-getuige Frits vertelt op deze pagina het slot van zijn periode bij de organisatie van Jehovah’s Getuigen. Helaas ging het weer geheel volgens de verwachtingen en zoals zovelen het meegemaakt hebben. In het afgelopen jaar heeft Frits van Pelt een aantal malen op onze website gereageerd. Dat was tijdens zijn proces van bevrijding van het juk dat het wachttorengenootschap hem in de praktijk bleek opgelegd te hebben. Zoals hij zelf in zijn laatste brief aan de Jehovah’s Getuigen ouderlingen in Heerhugowaard schreef, bleek het in de praktijk heel anders te zijn dan in de theorie, op basis waarvan Frits zich jaren terug aansloot bij wat hij toen dacht dat het Gods organisatie zou zijn. Inmiddels weet hij wel beter en vertrouwt hij niet langer op een aardse organisatie, maar op de Here Jezus Christus alleen.
Steun voor anderen
We hebben Frits gevraagd of het laatste stuk van zijn verhaal op deze website geplaatst mocht worden, zodat ook deze ervaring van een ex Jehova-getuige voor anderen tot nut kan zijn. Met naam of anoniem, was de volgende vraag. Zijn antwoord daarop was:
“Ik heb geen enkel bezwaar dat mijn verhaal gebruikt wordt op jouw website. Je mag mijn naam best wel gebruiken, want ik hoef mij niet te schamen. Het zou tot steun kunnen zijn voor anderen die ook hun bedenkingen hebben over de manier hoe men omgaat met mensen, door het Wachttorengenootschap.”
Inderdaad hoeft Frits zich niet te schamen voor zijn proces en de stappen die hij gezet heeft. Daar is moed voor nodig. Hij kiest voor dé Waarheid en dan geldt wat de apostel Paulus schreef in de Romeinenbrief: Want ik schaam mij des Evangelies van Christus niet; want het is kracht Gods tot zaligheid een ieder, die gelooft, … Voor het Evangelie van Christus – Kracht Gods – hoeft geen mens zich te schamen. Voor de boodschap van het wachttorengenootschap (WTG) – menselijke visie – echter wel. Dat is ook de uitgesloten (geëxcommuniceerde) Frits duidelijk geworden en met hem veel anderen.
Intrekken tweede doopvraag Jehova Getuigen
Ex Jehova-getuige Frits heeft in de praktijk ondervonden dat de tweede doopvraag bij de doop door onderdompeling bij Jehovah’s Getuigen (JG) verregaande consequenties heeft. Hij heeft daarop besloten tot het intrekken van zijn antwoord op de tweede doopvraag, die het WTG stelt aan toetreders. Dat is ook te lezen in de keurige brief die hij aan de ouderlingen van de gemeente in Heerhugowaard geschreven heeft. Vooraf de e-mail van Frits over zijn laatste vergadering bij Jehovah’s Getuigen in de plaatselijke koninkrijkszaal:
Gisteravond ben ik naar de vergadering gegaan en heb in het postvak van onze drie ouderlingen de brief gedaan betreffende het herroepen van de tweede doopvraag. Enkele minuten later kwamen er twee van hen op mij af, ze wilden mij spreken. Ik zei hun dat ik dat niet wilde, er werd gedreigd met een gerechtelijk comité. Toen zei ik hun dat ik niet kom, omdat de uitkomst al vast ligt. Later op de avond werd ik gebeld met de mededeling dat er donderdagavond tijdens de mededelingen zal worden gezegd dat ik geen getuige meer ben van Jehovah. Ik zei toen dat ik altijd een getuige zal zijn van mijn God Jehovah, maar geen lid meer ben van het Wachttorengenootschap. Als ze dat zouden zeggen zijn zij correct bezig, maar dat gaan ze niet doen, want dat staat niet in hun boekje.
Geen transparantie en openheid bij uitsluiting
Van transparantie en openheid bij uitsluiting is geen enkele sprake binnen de organisatie van Jehovah’s Getuigen. De leden van de plaatselijke groep, waar Frits jarenlang mee optrok, krijgen niet zijn verhaal te horen of zijn brief te lezen tijdens de vergadering in de koninkrijkszaal. Openbaar is dit alles bepaald niet. De andere leden worden ook niet geacht om er een afwijkende mening over te hebben of te oordelen op basis van eigen bevindingen. Zij moeten maar klakkeloos accepteren wat de plaatselijke leiding besloten heeft, zonder dat men de inhoud kent. Dat hebben wij zelf ook ondervonden in ons proces. En ook in dit geval zijn er weer velen die hetzelfde meegemaakt hebben. Opvallend is ook de voortvarendheid waarmee Frits buiten de organisatie gestoten werd. Dit ging weer heel snel! Geen genade en twijfel om iemand over te geven aan de dood, want dat is nu eenmaal de consequentie van het niet meer lid zijn van de organisatie, volgens het WTG. Maar gelukkig niet volgens God Zelf. Die heeft, bij monde van de Here Jezus ons verzekerd van Zijn genade op basis van geloof alleen:
Voorwaar, voorwaar zeg Ik u: Die in Mij gelooft, heeft het eeuwige leven.
Wij weten dat dit ook voor Frits geldt. Dat hij volgens Paulus in Romeinen 8 verzekerd mag zijn dat helemaal niets (dus ook geen organisatie), hem kan scheiden van “de liefde Gods, welke is in Christus Jezus, onzen Heere (Jehovah)”.
Brief Frits van Pelt
Onderwerp: Herroepen van de tweede doopvraag
Toen ik mijzelf opdroeg aan Jehovah God, heb ik mij door middel van de tweede doopvraag tevens verbonden aan de ,,door de geest geleide organisatie”. In de praktijk komt het er op neer dat deze verbintenis aan en erkenning van deze organisatie vergaand is, waarbij het zelfs neigt naar zichzelf opdragen aan.
Door mijn opdracht aan Jehovah God heb ik Hem namelijk beloofd exclusieve toewijding te geven (Deuteronomium 6:15). ,,Houd ook in gedachte dat u zich aan Jehovah God hebt opgedragen, en niet aan een werk, een doel, mensen of een organisatie”. (blz. 183, par. 4 Wat leert de Bijbel echt ?)
Naar nu blijkt, dien ik ook exclusief toegewijd te zijn aan de organisatie met zijn ,,besturend lichaam”.
Keer op keer wordt gevraagd om vertrouwen, gehoorzaamheid en toewijding aan de slaaf en met name het besturend lichaam. Ja, luisteren naar de slaaf wordt gelijk gesteld aan luisteren naar God zelf.
De implicatie hiervan is dat de woorden, standpunten en interpretaties van mensen aan God worden toegeschreven. Mensen die in theorie weliswaar verklaren feilbaar te zijn, maar zich in praktijk als onfeilbaar opstellen en eenheid verkiezen boven waarheid.
Hoe kan het ook anders wanneer er gepretendeerd wordt, Gods exclusieve communicatie kanaal te zijn? Is God soms feilbaar?
De theorie is dat de organisatie slechts een hulpmiddel is bij de aanbidding van Jehovah.
De praktijk is dat de organisatie dé belangrijkste plaats inneemt in het leven van Jehovah’s Getuigen.
Wanneer ik twijfel aan Jehovah is het zwakte, wanneer ik twijfel aan de slaaf is het blasfemie. Een omgekeerde wereld, een verdraaiing van de waarheid. Een praktijk die inderdaad weerbarstiger is dan de theorie.
Op grond van het bovenstaande herroep ik daarom mijn antwoord op de tweede doopvraag. Tegelijkertijd sta ik nog met de volle overtuiging achter mijn opdracht en doop aan Jehovah God en zal ik van Hem getuigen waar dat mogelijk is.
Ik wens jullie alle wijsheid toe voor de toekomst en de zegen van onze God, Jehovah.
Broeder Frits van Pelt
Ervaringen op papier gezet
In januari 2018 heeft Frits zijn persoonlijke ervaringen met de organisatie van Jehovah’s Getuigen nogmaals op papier gezet. Zie de PDF.
Bekendmaking van uitsluiting uit de organisatie van Jehovah’s Getuigen (update)
Nog éénmaal ging Frits naar de koninkrijkszaal van Jehovah’s Getuigen in Heerhugowaard. Moedig hoor, want hij wist welke vernederende situatie hem te wachten stond. En zo geschiedde. Frits schreef daarover het volgende:
Afgelopen donderdag is de mededeling gedaan dat ik geen Jehovah getuige meer ben. Ik stond toen op en heb luid gezegd, in het front van de vergadering, dat de ouderlingen zich niet houden aan het gestelde wat staat vermeld in het “Georganiseerd”-boekje, blz. 140 alinea 26 (de beroepstermijn). Daarna pakte ik mijn tas en liep met opgeheven hoofd de zaal uit.
Respect! Terecht dat hij met opgeheven hoofd het wachttorengenootschap, de organisatie van Jehovah’s Getuigen, heeft verlaten. Ik moet in dat verband denken aan wat Paulus zegt:
Maar in dit alles zijn wij meer dan overwinnaars, door Hem (de Here Jezus Christus), Die ons liefgehad heeft.
en:
Ik vermag alle dingen door Christus, Die mij kracht geeft.
Paulus roept ons op navolgers van hem te zijn, gelijkerwijs ook hij dat is van Christus. Daarbij gaat het om geloof, het aanvaarden van alleen Zijn Woord. (1 Korinthe 11). Later zegt de Apostel:
En gij zijt onze navolgers geworden, en des Heeren, het Woord aangenomen hebbende in vele verdrukking, met blijdschap des Heiligen Geestes;
Waarschuwen tegen de organisatie van Jehovah’s Getuigen
Wij hopen dat deze ervaring van een ex Jehovah Getuige tot nadenken en handelen mag aanzetten. We waarschuwen niet voor niets tegen de organisatie van Jehovah’s Getuigen, die zoveel slachtoffers maakt. Denk goed na als je geïnteresseerd bent in hun boodschap. Vergis je niet, dat:
- theorie en praktijk bij de organisatie van Jehovah’s Getuigen niet met elkaar overeenstemmen;
- vertrekken uit de organisatie van Jehovah’s Getuigen, of er uit gezet worden, niet zonder consequenties is.
Nog een ervaring van een ex Jehova-getuige over de tweede doopvraag
Ex Jehova-getuige Frits vond op internet nog een verhaal van een ex Jehovah Getuige omtrent de tweede doopvraag. Het is onderdeel van compleet verhaal, geschreven door “Vorser”. Hij schrijft op zijn website: “Alle verhalen zijn een combinatie van religie, romantiek en toeristische streekgebonden informatie. Ik zal u met mijn schrijverij echter niet vermoeien met theologische verhandelingen. Toch bevatten mijn verhalen kennis en feiten, die het onderzoeken waard zijn voor degenen, die daarvoor belangstelling hebben.” Dat laatste kan gezegd worden van zijn alleszins lezenswaardige schrijven onder de titel “Balanceren”. Het is heel herkenbaar voor (ex) Jehovah’s Getuigen.
Hoofdstuk 2 – De tweede doopvraag
Ex Jehova-getuige Frits vertelt
Ex Jehova-getuige Frits vertelt
De Bijbel zegt niet zoveel over de doop (onderdompeling) in water. Het wordt niet als vereiste voor iemands behoud gesteld. Wel wordt het gebruikt om openbaar te maken (te belijden) dat een gelovige begrepen heeft wie de Christus is en dat de aardse mens door geloof Christus volgt in Zijn dood en opstanding; uitgebeeld door ondergaan in water en daar weer uit opstaan. Hoe eenvoudig de doop is, wordt duidelijk in het verhaal van Filippus, die aan de kamerling de Christus predikt. De man gelooft, begrijpt dat en laat dat onmiddellijk zien. De geschiedenis staat in Handelingen 8:26-39. We kunnen nogal wat leren van dit gedeelte. Dat wie gelooft in de Here Jezus Christus door een ander gedoopt kan worden. Altijd en overal, als er maar water is, waarin men ondergedompeld kan worden.
Handelingen 8 : 37 staat niet in Nieuwe Wereldvertaling, daar staat “- -“. zo’n belangrijk vers is compleet weg. In de Statenvertaling staat: 37 En Filippus zeide: Indien gij van ganser harte gelooft, zo is het geoorloofd. En hij, antwoordende, zeide: Ik geloof, dat Jezus Christus de Zoon van God is.
Wanneer kan een nieuweling bij Jehova Getuigen gedoopt worden? Allereerst gaat het allemaal niet zo eenvoudig als bij Filippus en de kamerling. Wie toe wil treden tot de Jehova Getuigen en denkt dat hij of zij zich zo opdraagt aan God Zelf, moet het volgende doen:
1. Studeren uit de literatuur van het WTG. Men noemt dit “bijbelstudie”, maar dit is absoluut niet het geval. Het is niets anders dan het doornemen van de cirkelredeneringen van het WTG.
2. Accepteren dat de leringen waar zijn en dat het WTG door God aangesteld is als enig kanaal tot “geestelijk voedsel”.
3. Al actief zijn geweest in het verkondigingswerk (velddienst, o.a. langs de deuren gaan).
4. Keurig gedrag vertonen en de regels van het WTG aanvaarden.
5. Getrouw vergaderingen bezoeken. De doop bij Jehova Getuigen
6. De doopvragen behandeld hebben met ouderling(en) en daarop de juiste antwoorden geven.
Nieuwe Jehova Getuigen moeten dus alreeds als een JG functioneren om in aanmerking te komen voor de doop. Zo snel als bij de doop van de kamerling gaat het dus zeker niet. De eisen zijn ook heel anders. De kamerling hoefde alleen te begrijpen van Wie de Schriften spreken en te geloven in de Here Jezus Christus. Hoe ziet de doop bij Jehova Getuigen er uit? Meestal wordt er gedoopt op een zogeheten kringvergadering of congres. Er wordt een hele happening van gemaakt. Het begint met een lezing over wat er allemaal verwacht wordt van de dopeling in spé. De dopelingen zitten op de voorste rij en moeten gaan staan als de volgende vragen worden gesteld:
1. Heb je op grond van het slachtoffer van Jezus Christus berouw van je zonden en heb je je aan Jehovah opgedragen om zijn wil te doen?
2. Begrijp je dat je opdracht en doop je identificeren als een van Jehovah’s getuigen, verbonden met Gods door de geest geleide organisatie?
Luidkeels moet men op beide vragen ja antwoorden om gedoopt te worden. Het zal duidelijk zijn dat niemand zich bedenkt op dit moment ten overstaan van zoveel JG. Daarna vindt de doop door onderdompeling plaats. De doop bij Jehova Getuigen verbindt lidmaatschap JG en God aan elkaar
De twee doopvragen zijn geldig vanaf 1985. Daarvoor waren ze heel anders, toen zat de passage over de verbinding met de organisatie er nog niet zo in. De doop bij Jehova Getuigen verbindt het lidmaatschap van de organisatie en God aan elkaar, wat geheel ten onrechte is.
Door je te laten dopen bij de JG draag je je op aan Jehovah (niet aan Christus), laat je zien dat je een JG bent (maar dan wel in de zin als lid van…) en dat je verbonden met “Gods door de geest geleide organisatie”. Dat is niet de doop zoals we in de Bijbel tegenkomen.
Bedankt voor dit belangrijke artikel , toch kwam bij mij de vraag ; hoe geldig is die doop door Jehovah getuigen of wat is die werkelijk waard in Gods ogen? Zou het niet verstandiger zijn om op het moment dat je de echte waarheid uit de bijbel en Jezus hebt leren kennen los v.h W.T genootschap , om je dan opnieuw te laten dopen ? Ik heb dat wel gedaan en ervaarde dat als een enorme bevrijding pas toen kon ik de pracht en de werking van de Heilige geest in mij ervaren.
Ook wij zijn opnieuw gedoopt, omdat we wat ons betreft pas toen tot persoonlijk geloof in de Here Jezus Christus gekomen zijn. Dat was toch anders dan opdragen aan de organisatie van Jehovah’s Getuigen. Noodzakelijk voor ons behoud of onze zaligheid was dit opnieuw dopen uiteraard niet. De doop is geen ticket of een verplichting. Het is de uitdrukking van het besef dat een gelovige met Christus door de dood heen opgestaan is. Je laat dat zien in de doop. Mooi om te doen dus, maar niet verplicht. Op deze website staat dit artikel over de doop.
Als je bent uitgesloten en je wilt niet meer terug naar de Wachttoren-Organisatie vergeet dan niet om hen te verzoeken jou volledig uit hun administratieve gegevens te doen verwijderen. Men gaat in de nabije toekomst de administratie automatiseren en dan krijg je een nummer, dus pas op het gaat om jou privacy.
Hier volgt mijn opzeggings brief.
Aan:
Jehovah’s Getuigen
Noordbargerstraat 77
7812AA Emmen
L.S.
Op donderdag-avond 4 januari 2018 is de mededeling gedaan dat ik geen getuige meer ben van Jehovah. Ik ben dus uitgesloten. Ik blijf een getuige van mijn God Jehovah en Zijn Zoon Jezus, al zult u dit nooit erkennen, echter ik ben aan geen menselijke organisatie daar over verantwoording schuldig!
Ik wil u voorts verzoeken mij definitief uit alle registers, computerbestanden etc. te verwijderen, zodat ik niet langer als lid van de organisatie van Jehovah’s Getuigen bekend sta. Wilt u alstublieft mijn verzoek schriftelijk bevestigen?
Mijn uitsluiting was het gevolg van het herroepen van de tweede doopvraag.
Bij nader inzien heb ik mij aan Jehovah God opgedragen en niet aan een organisatie.
Komt tot Mij, allen die vermoeid en belast zijt, en Ik zal u rust geven; neemt mijn juk op u en leert van Mij, want ik ben zachtmoedig en nederig van hart, en gij zult rust vinden voor uw zielen; want mijn juk is zacht en mijn last is licht” (Matth. 11:28-30)
“Ik ben de weg, en de waarheid en het leven. Niemand kan tot de Vader komen dan door Mij” (Joh 14:6)
Dit zijn de woorden van mijn Koning en Leermeester ,,Jezus Christus”.
Hoogachtend, Frits van Pelt
De tekst die je aanhaalt spreekt over “rust”. Die krijgen wij van de Here Jezus Christus. Leven uit Genade en niet uit werken. Die rust, niets doen, past natuurlijk niet in het activiteitenplaatje van de Jehovah’s Getuigen en daarom heeft het wachttorengenootschap de tekst uit Matthéüs 11 aangepast. Met deze tekst, waarin “rust” vervangen is door “nieuwe kracht” kunnen ze de leden eenvoudiger opjagen naar nog meer doen. Het is nooit genoeg voor het WTG en van de rust ingaan kan al helemaal geen sprake zijn. Gelukkig wel voor wie tot persoonlijk geloof in de Here Jezus Christus komt en zich niet meer stelt onder wet en leefregel van welke organisatie of mens dan ook. Hierbij de tekst in de Nieuwe Wereldvertaling:
“Kom bij mij als je vermoeid bent en gebukt gaat onder een zware last, dan zal ik je nieuwe kracht geven. Neem mijn juk op je en leer van mij, want ik ben zachtaardig en nederig van hart. Dan zul je nieuwe kracht krijgen. Want mijn juk is makkelijk te dragen en mijn last is licht.”